GELOOF en LEVEN
2de ZONDAG VAN DE ADVENT
Bereidt de weg van de Heer
EERSTE LEZING Bar., 5, 1-
We houden vandaag even halt op onze tocht doorheen de Advent naar Kerstmis toe, de Komst van de Heer, om daarna weer vastberaden verder te trekken. Het Oude Testament is voor ons een voorafbeelding van wat er met ons is gebeurd en gaat gebeuren. Het Godsvolk was gevangen weggesleurd in de Babylonische ballingschap, maar werd eervol teruggehaald door de Heer. Het is de geschiedenis van de hele mensheid en van ieder van ons, sinds Jezus de ban van de zonde heeft verbroken door zijn kruis en Opstanding. “Geweldig was het wat de Heer ons deed, daarom zijn wij zo blij.” De Heer wil ook vandaag tot ons komen, tot ieder van ons en daarom nodigt Johannes de Doper ons uit om de weg van de Heer te bereiden. Ieder van ons en wij als christengemeenschap moeten ons afvragen of de Heer welkom is in ons leven en samenleven. In de brief aan de christenen van Filippi krijgen we enige tips: “Moge uw liefde steeds rijker worden aan inzicht en fijngevoeligheid, om te kunnen onderscheiden waar het op aankomt.” Onderscheiden waar het op aankomt, onderscheiden wat echt van belang is voor nu en voor de eeuwigheid, onderscheiden wat belangrijk is in de ogen van God, wat belangrijk was voor Jezus. De kronkelpaden moeten recht getrokken worden, de ruwe wegen effen gemaakt. De uitnodiging van de Doper is ook tot ons gericht.
(Ben Van Vossel 2021)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
1ste ZONDAG VAN DE ADVENT
Weest waakzaam
EERSTE LEZING Jer., 33, 14-
Opnieuw willen wij de tocht aanvangen om Jezus te onthalen in ons leven, in de Eucharistieviering, in onze medemensen en bij zijn komst op het einde van de tijd. Jezus onthalen is onze verlossing onthalen, onze redding. En redding hebben wij allen nodig, want niemand is zonder zonde of smet. Omdat wij van Hem houden willen wij onze ogen en vooral ons hart openstellen voor zijn komen in ons leven en ons samenzijn met anderen. Wanneer je iemand graag wilt onthalen, en zeker wanneer die met een prachtig geschenk komt, bereid je je woning en vooral je hart voor op die komst. Advent betekent ook komst, de Komst van de Heer. Gaan wij dan ook ons hart gereed maken voor Hem: blij uitzien naar de ontmoeting met Hem in deze Eucharistieviering? Gaan wij ons hart openen wanneer Hij ons tegemoet komt in de nood van een medemens in onze eigen kring en in de ontmoeting met medechristenen? Openen wij ons voor zijn woord wanneer wij in de Schrift lezen of zijn inspraken voelen in de stilte van ons hart? Bereiden wij ons hart en ons leven voor op de grote ontmoeting met Hem op het einde van ons aardse bestaan? Sint Paulus schrijft: Zorg “dat gij onberispelijk zijt en heilig voor het aanschijn van God onze Vader bij de komst van onze Heer Jezus met al zijn heiligen.”
Jezus zegt ons vandaag: “Weest daarom altijd waakzaam … dat ge stand moogt houden voor het aangezicht van de Mensenzoon.” Laten wij met liefde en blijde verwachting uitzien naar Jezus’ komst, hier en nu en altijd. (Ben Van Vossel 2021)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
3de ZONDAG VAN DE ADVENT
Verheug u, de Heer is bij u als redder
EERSTE LEZING Sefanja 3, 14-
Deze derde zondag van de Advent wordt nog altijd genoemd, zondag Gaudete, Verheugt u. Het is de profeet Sefanja die het volk van God aanspoorde om zich te verheugen, niet beangstigd te leven, “want De Heer, onze koning, blijft ons nabij. God zelf verheugt zich om u en zijn liefde maakt u nieuw.” Die vreugdeboodschap is in Jezus werkelijkheid geworden, God is ons heel nabij gekomen en heeft ons nieuw gemaakt door de genade van het geloof; Hij is ons nabij gekomen, ja , Hij is bij ons komen wonen en heeft ons bestaan grondig vernieuwd. Ook Paulus roept ons vandaag op om ons te verheugen en aan de mensen onze vriendelijkheid te tonen, onze zekerheid dat God ons liefheeft. Hij spoort ons ook aan om al onze wensen aan God bekend te maken “in gebed en smeking, en nooit zonder dankzegging.” Dan zal er vrede komen in ons hart, als een warme mantel die ons beschermt tegen de kou vanuit de zorgen of de ruwheid van het leven. Vandaag horen wij ook de grote profeet Johannes de Doper die ons oproept tot bekering, tot ommekeer van leven. Om ons leven nog beter op het juiste spoor te zetten. Hij heeft een boodschap naar allen die tot hem komen om te vragen: En wij, wat moeten wij doen? Laat dat de vraag zijn die we in de stilte van ons hart aan de Heer stellen: En ik, wat moet ik doen om uw komst voor te bereiden in mijn leven? Zo wordt deze zondag een dag van vreugde en innerlijke vrede door onze vriendschap met God, die ons nabij komt. (Ben Van Vossel 2021)
4de ZONDAG VAN DE ADVENT
God maakt zich klein
EERSTE LEZING Micha, 5, 1-
In de loop van deze week (woensdag) horen wij Maria haar Magnificat zingen, waarin ze God prijst omdat Hij heeft neergezien op de kleinheid van zijn dienstmeisje. God kijkt met welgevallen naar alwie zich nederig tegenover Hem opstellen. Het stemt ons een beetje ongelukkig, we zijn er niet blij mee dat de nederigheid hier zo in het licht wordt gesteld. Wij hebben meer respect voor wie sterk is, succes heeft, naar wie wordt opgezien, en we willen zelf ook zo iemand zijn. Spijtig voor ons, maar in de bijbel, en zeker in het Nieuwe Testament maakt God zich klein, zo klein, dat Hij de kleine mens, de mens die zichzelf in de miserie heeft geholpen, wil ophelpen en hem weer wil herscheppen tot een kind van God. In de eerste lezing heeft de profeet Micha het over het kleinste van Juda’s geslachten waaruit iemand gaat geboren worden die koning zal zijn maar ook een man van vrede. In de tussenzang horen we een psalm van de mensen in ballingschap die smeken dat God hen weer zou oprichten, hen zou toelachen zodat ze weer gered zullen zijn. In de Hebreeënbrief lezen we hoe Jezus, Gods Zoon zich helemaal klein maakt: in plaats van een succesvolle Messias te zijn is Hij gekomen als Dienaar van God, gekomen om Gods wil te doen. In het alleluiavers horen wij hoe Maria zich dienstmeisje van de Heer noemt, in het Evangelie wordt Maria gefeliciteerd door Elisabet omdat zij geloofd heeft, niet omdat zij grote dingen heeft gedaan, maar omdat ze op God vertrouwd heeft. Laten wij de grote dromen over onszelf wat afleggen, ons niet verheffen boven anderen maar doen wat God van ons verwacht en op die manier Hem dienen, in kinderlijke eenvoud, zoals Maria, zoals Jezus. (Ben Van Vossel 2021)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
Een feestelijke avond, een feestelijke dag: Kerstmis. Wij vieren de geboorte van Jezus. In een gekend verhaaltje komt Jezus aanwezig op zijn verjaardag, en dat Hij slaat het doen en laten van de mensen gade. Wat zegt Hij dan? “Ik zie veel vreugde bij de mensen, het is echt een feest voor hen. De winkels zijn versierd met allerlei kleurige spullen, en lichtjes. Bij de mensen thuis zie Ik ook een feesttafel, soms een kerstboom, met zilveren linten en kleurige plastiekballen, en onder de kerstboom mooi verpakte cadeautjes. En dan komt hier een daar een dikke man binnen, helemaal in het rood met een lange witte baard. En ook die heeft nog wat geschenkjes bij voor iedereen, maar niet voor Mij. En dan wordt er gegeten aan de feesttafel, men is zeer opgewekt, maar het is wonder, mijn naam, mijn verjaardag komt niet ter sprake. En als dan de cadeautjes worden uitgedeeld, tot de laatste, dan is er ook weer niet voorzien voor Mij.”
Zo zou Jezus moeten vaststellen, dat Kerstmis, de dag van zijn geboorte een louter menselijk feest is. Voor ons, Jezus’ vrienden moet het toch nog wat anders zijn. Zeker, ook wij mogen feestvieren en cadeautjes uitwisselen, maar we mogen toch vooral niet Jezus vergeten. Wij vieren hoe God zijn geliefde Zoon naar ons heeft gezonden opdat de wereld weer toekomst zou hebben.. Wij mogen Jezus vieren en Hem danken dat Hij zich solidair heeft opgesteld met ieder van ons, wie we ook zijn en waar we ook wonen. En daarom willen wij Hem in deze viering danken en Hem bij de communie aanbidden en zeggen dat wij Hem liefhebben, Hij die voor ons alles heeft doorstaan en ons de weg heeft gewezen naar het licht, naar een leven zoals God het gedroomd heeft. Vrede zij met u allen, want God houdt van u.. Dat is onze vreugde deze avond. Zalig Kerstfeest. (Ben Van Vossel Kerstmis 2021)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
Hij is bij ons gekomen, en wij herkenden Hem niet direct, Hij sprak woorden van liefde, maar wij luisterden pas laat. Hij bleef maar wachten tot wij wat tijd voor Hem maakten en wij Hem herkenden zoals Hij zich deed kennen, in ons hart, in de Schrift, in een stukje brood, in een gesprek met zijn vrienden, in een gewonde mens. “Heer, open onze ogen, open ons hart voor uw komen onder ons. En kom dan met uw vrede in ons hart en in ons samenzijn hier op aarde.”
Vrede en alle Goeds met Kerstmis 2021 en heel 2022 ! Ben
www.geloofenleven.be
MOEDER GODS 1 Januari
Oktaafdag van Kerstmis
EERSTE LEZING Num., 6, 22-
De eerste lezing van het nieuwe jaar begint met een zeggen, een aloude zegen die over het volk werd uitgesproken: God zegene en God beware u! Moge de Heer zijn gelaat naar u keren en u vrede schenken. Salam! “Wanneer de priesters zo mijn Naam over de mensen uitspreken zal Ik hen zegenen” zegt God. “God zegene en God beware u.” De ouders mogen ook zo hun kinderen zegenen, elke avond, want zij zijn als priesters in de kleine huiskerk. De Heer zal dan de kinderen zegenen. Sint Paulus maakt ons duidelijk hoe Gods zegen in de volheid van de tijd over ons is gekomen door de Zoon van Maria, de Moeder Gods, de God-
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
Zondag na 6 januari DOOP VAN DE HEER
In U heb Ik mijn behagen gesteld
EERSTE LEZING Jes., 42, 1-
De profeet Jesaja, die wel eens de vijfde evangelist genoemd wordt, spreekt over de “uitverkoren dienaar van Jahwe in wie God behagen heeft en door Hem ondersteund wordt. Hij wordt tot teken van het verbond en een licht voor de volkeren.” In Jezus wordt die profetie wonderlijk vervuld. Hij wordt de vervulling van het nieuwe verbond tussen God en de mensen, en tot een licht voor alle volkeren. Van Hem zegt God: “Gij zijt mijn Zoon, de welbeminde, in U heb Ik mijn behagen gesteld." In de beweging rond Johannes de Doper om in een vernieuwde houding te staan tegenover God en de medemensen voelt Jezus zich thuis. Hij staat in het water van de Jordaan als een boeteling, iemand die gehoor geeft aan de uitnodiging van Johannes om zich te bekeren, om een nieuwe weg te gaan van nederigheid tegenover God en van rechtvaardige en respectvolle omgang met medemensen. Het is voor ons een uitnodiging om ook in te treden in een vernieuwde toewijding aan God en inzet voor het geluk van anderen. Zo zal ook voor ons Gods goedkeuring luiden: “Gij zijt mijn welbeminde zoon, mijn welbeminde dochter, in u heb ik mijn welbehagen gesteld.”
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
2de ZONDAG DOOR HET JAAR
God deelt zijn vreugde mee
EERSTE LEZING Jes., 62, 1-
Vandaag spreken de teksten van de Eucharistie over de vreugde van God en de vreugde die Hij meedeelt. Diepe vrede en vreugde zijn trouwens het kenmerk van Gods aanwezig komen in een mensenhart en in een mensengemeenschap. De profeet Jesaja spreekt over de vreugde die God vindt in de zorg voor zijn volk dat Hij noemt “mijn welbehagen”; zoals een man zich verheugt in zijn bruid, zo zal uw God zich verheugen in u. God laat zijn volk, zijn mensen niet in de steek. Daarvan is Jezus’ geboorte in ons midden het duidelijkste teken. Daarom willen wij Gods grote daden bezingen.
Een ander teken zijn de goede gaven die Gods Geest meedeelt aan het volk van God: gaven als innerlijke vreugde, gave van dienstbaarheid, van vriendelijkheid, de gave van gebed, van inzicht in de goddelijke mysteries, de gave om te getuigen van je geloof in God en zijn liefde voor ieder mens.
In het evangelie krijgen we in het wonder van Kana het Blijde Nieuws dat God ons te hulp komt in onze menselijke beperktheid en dat wij met Jezus toegang krijgen tot overvloed van vreugde, wanneer wij Hem oprecht betrekken bij ons leven. “In die tijd was er een bruiloft te Kana in Galilea, waarbij de moeder van Jezus aanwezig was. Jezus en zijn leerlingen waren eveneens op die bruiloft uitgenodigd.” Wanneer wij Maria en Jezus binnenlaten in ons leven, krijgen ook wij, in ons gezin en onze gemeenschap uitzicht op vernieuwde en overgrote vreugde. (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
3de ZONDAG DOOR HET JAAR
God woord voor wie er open voor staat
EERSTE LEZING Neh., 8, 2-
Toen het Boek van de Wet van de Heer was teruggevonden en werd voorgelezen “staken de Levieten hun handen omhoog bogen het hoofd en aanbaden de Heer met het gezicht tegen de grond.” Het boek met de woorden van de Heer voor zijn volk, werd vereerd omdat het Gods woorden waren. Zo wordt ook in de Woorddienst van de Eucharistieviering het Evangelieboek plechtig begroet als het Woord van de levende God. Ook wanneer wij lezen in de heilige Schrift moeten we die woorden met eerbied begroeten omdat de Heer ook vandaag tot zijn mensen wil spreken. Wanneer Jezus in de synagoge van Nazaret, zijn thuisdorp, uitgenodigd wordt om iets uit de Schriftrollen voor te lezen geeft men hem de boekrol van de profeet Jesaja, die men wel eens de 5e evangelist heeft genoemd. In die rol leest Jezus de passage waar sprake is over de Geest die iemand tot verkondiger toerust en zendt “om aan armen het Blijde Nieuws te verkondigen, aan gevangenen hun vrijlating te melden, aan blinden dat ze zullen zien en verdrukten te laten gaan in vrijheid en om een genadejaar van de Heer af te kondigen.” Dan zet Hij zich neer, terwijl allen verwachten dat Hij wat commentaar zou geven. Maar alles wat Jezus zegt is: “Dit Schriftwoord is thans in vervulling gegaan.”
Zo gespannen als die mensen van Nazaret zouden wij ook moeten uitzien naar het Woord van de Heer, een woord dat licht brengt, dat vertroost, dat de weg wijst… In Jezus, in zijn Woord, vinden wij alles wat we nodig hebben om vrede in ons hart te ontvangen, om diepe vreugde en vaste hoop te krijgen in ons leven. Jezus’ woorden vormen ons tot gelovige mensen, en Jezus’ woord samen beluisteren en opvolgen maakt ons tot Het lichaam van Christus, ieder met zijn eigen gaven, tot daadwerkelijke getuigen van zijn Blijde Boodschap: Gods liefde voor ieder mens. (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
4de ZONDAG DOOR HET JAAR
Profeet van Gods liefde voor de volken
EERSTE LEZING Jer., 1, 4-
Mensen die door God gezonden worden om vanwege Hem mensen te onderrichten, hun ijver op te wekken of hen te vermanen… worden vaak niet aanvaard. Nochtans brachten zij het Woord van God. “Laat u door hen niet afschrikken, zegt God tot de profeet Jeremia, Ik ben bij u om u te redden.” Jezus wordt in zijn vaderstad ook niet erkend als ‘gezonden door God’, Hij wordt zelfs bedreigd. Hoe toepasselijk is de psalm (71) van vandaag: “Gij, mijn God, Gij zijt mijn verwachting, mijn hoop zijt Gij, Heer, sinds mijn vroegste jeugd. Vanaf de moederschoot steun ik op U, Gij waart mijn beschermer sinds mijn geboorte.” Tenslotte zal God de enige Helper blijken te zijn voor Jezus. De enige die zijn woord van bescherming zal waarmaken in de verrijzenis van Jezus. Het is een woord van uiteindelijke aanvaarding van Jezus’ leven van liefde tot het uiterste. En zoals Paulus het zegt in zijn Hooglied van de liefde: “Vandaag blijven geloof, hoop en liefde de grote drie; maar de liefde is de grootste.” Jezus heeft ons ten einde toe liefgehad, zijn leven is door de Vader aanvaard, ook wij mogen in ons leven gestalte geven aan de liefde voor ieder mens, naar het voorbeeld van Jezus. (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
5de ZONDAG DOOR HET JAAR
Geroepen naar het diepe
EERSTE LEZING Jes., 6, 1-
In een visioen voelt Jesaja zich geroepen om zich als profeet in dienst te stellen van God; nadat Hij gereinigd wordt van zijn zonden en misstappen zegt hij: Hier ben ik, zend mij. Hij wordt een van de grootste profeten die ook inhoudvolle woorden zal spreken over de Messias. Het loflied van David in de tussenzang kunnen wij daarom ook in de mond van Jesaja leggen: hij bezingt de heerlijkheid van God die liefde is en trouw. In het evangelie beluisteren wij een van de roepingsverhalen van Jezus’ leerlingen. Ook zij maken een theofanie mee. Jezus roept hen om in volle zee te varen, om radicaal met Hem op weg te gaan. Zij raken onder de indruk van Jezus’ persoonlijkheid en daden en voelen zich zwak en zondig. Maar juist met zulke mensen wil Jezus op weg gaan en Hij zegt: “Wees niet bevreesd, voortaan zult ge mensen vangen." Daarop brachten zij de boten aan land en lieten alles achter om Hem te volgen. En dat is ook voor ons vandaag de uitnodiging: om de verrezen Heer te volgen, radicaal te volgen, zo radicaal dat Hij voor ons meer waard is dan al wat de aarde ons biedt. Hij is immers de Gekruisigde én de verrezene over Wie Paulus getuigt, de verrezene die ons verlost van zonde en dood. Wanneer wij Hem radicaal volgen zullen wij Hem nabij weten, hier en nu in deze viering, in ons leven van elke dag en óver de dood heen. (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
6de ZONDAG DOOR HET JAAR (13-
Gezegend die op de Heer vertrouwt
EERSTE LEZING Jer., 17, 5-
De eerste Psalm van het Boek met de Psalmen en die een samenvatting is van heel het psalmboek handelt over de twee wegen die men kan kiezen in het leven: men kan leven volgens Gods Wet die men overweegt en in praktijk brengt, of men kan leven als goddeloze, in alles zijn eigen zin doen zonder rekening te houden met wat God eigenlijk wil. Dan is men als een kale struik in de woestijn, zegt de profeet Jeremia. Maar gezegend is hij die op de Heer vertrouwt en die zich veilig voelt bij God. Die is als een boom die aan een rivier staat en wortels heeft tot in het water, altijd blijft hij vrucht dragen.
Jezus stelt ons ook voor die keuze: je bent gelukkig wanneer je op God vertrouwt, zoals een arme die uitziet naar ondersteuning, zoals een kind dat vertrouwt op zijn mama en papa. Je wordt door Jezus gelukkig genoemd, wanneer je weent om al het verkeerde in de wereld, de hardheid van mensen en bestuurders; eens zal je de vreugde kennen als God zijn woord van aanvaarding uitspreekt. Je bent gezegend zegt Jezus wanneer je wordt uitgelachen en vernederd omwille van het evangelie; groot zal uw loon zijn in de hemel.. De profeten en Jezus zelf werden ook zo behandeld.
Jezus heeft het dan ook over de tweede weg, over mensen die het goed hebben, die rijk zijn maar die rijkdom niet willen delen; mensen die volop vreugde kennen en die lachen en die succes oogsten terwijl onrechtvaardig leven. Wee u, zegt Jezus. Voor ons komt het er ook op aan welke weg wij gaan kiezen, op welk fundament wij ons leven wensen te bouwen. Bouw op het woord van onze Heer, niet op dat van de valse profeten die langs allerlei kanalen onze harten voor zich willen winnen. Laat integendeel de zegening van God over uw leven komen. Op God vertrouwd, is op rots gebouwd ! (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
7de ZONDAG DOOR HET JAAR
Barmhartig zoals uw Vader
EERSTE LEZING 1 Sam., 26, 2. 7-
In het evangelie van vandaag krijgen we een paar concrete toepassingen van wat Jezus samengevat had gezegd in de zaligsprekingen. Het lijkt ons harde taal, bijna niet uitvoerbaar. Het sterkste is wel dat je je vijanden moet vergeven, dat je moet uitlenen zonder er zeker van te zijn dat je het uitgeleende ooit terugziet. Het komt erop aan dat we barmhartig moeten zijn tegenover de mensen, ook tegenover onze vijanden. Met de maat die wij hanteren tegenover mensen zullen wij zelf ook behandeld worden. Jezus besluit: “Weest barmhartig zoals de Vader voor u barmhartig is.” We krijgen in de eerste lezing een voorbeeld uit het Oude Testament. David spaart koning Saül, die er nochtans op uitgetrokken was met 3000 elitesoldaten om David om te brengen. En in de tussenzang uit psalm 103 wordt ons ook gewezen op Gods barmhartigheid: “De Heer is barmhartig en welgezind, lankmoedig en goedertieren. Hij handelt met ons niet zoals wij verdienen, vergeldt ons niet onze schuld. Zo ver als de afstand van oost tot west, zo ver verdrijft Hij van ons de zonde. Zo zeer als een vader zijn kinderen liefheeft, zo zeer heeft de Heer zijn dienaren lief.” In zijn betoog over de Opstanding van de doden, schrijft Paulus dat we eens zullen gelijken op de geestelijke Mens, op Jezus die zelf ook van de doden is opgestaan. Voor ons mag het een uitnodiging zijn om op Jezus te gelijken die, stervend aan het kruis, voor zijn vijanden om vergeving heeft gebeden. “Vader, vergeef het hen, want zij beseffen niet wat ze doen.” Zo worden wij vandaag uitgenodigd om te handelen als kinderen van de Vader, als volgelingen van Jezus. De ontmoeting met Hem in deze Eucharistie wil ons daartoe uitrusten. (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
8ste ZONDAG DOOR HET JAAR
De boom en zijn vruchten
EERSTE LEZING Sir., 27, 4-
Woorden kunnen dodelijk zijn. Dat is niet enkel zo wanneer een opperbevelhebber oproept tot de oorlog. Door onze eigen woorden kunnen wij het leven van mensen zwaar en soms ondraaglijk maken. Pesterijen hebben mensen soms tot zelfdoding gebracht. Onze tong heeft als roeping God te prijzen, zoals in de tussenzang van vandaag, (psalm 92 Hoe heerlijk is het de Heer te prijzen, uw Naam, Allerhoogste, te loven. Uw goedheid te melden iedere ochtend en heel de nacht door uw trouw.). Onze tong is ook geroepen om medemensen te prijzen en aan te moedigen, vooral in onze eigen omgeving. Meestal tonen onze woorden de diepere gezindheid van ons hart, al gebeurt het ook wel eens dat onze woorden vals zijn en dat onze daden iets anders tonen dan wat we met onze woorden zeggen.
De gezindheid van ons hart toont zich naar buiten in onze woorden en onze daden. Jezus zegt ons in het evangelie: “Een goed mens brengt het goede tevoorschijn uit de schat van goedheid in zijn hart; een slechte brengt het slechte te voorschijn uit zijn schat van slechtheid; want waar het hart van vol is, daar loopt de mond van over.” We worden door Jezus aangespoord om onze medemens te bemoedigen, niet om hem af te breken door hem te verkleinen en te bekritiseren omwille van sommige gebreken. Wij hebben zelf ook onze kleine kanten, onze gebreken, die soms groter zijn dan deze van onze broeder of zuster. Een kind help men ook niet groeien in het goede, door alleen maar de aandacht te trekken op wat het verkeerd doet, zo geraakt het soms ontmoedigd. Een kind zal groeien in het goede als men het feliciteert met het goede dat het doet. Laten wij dan ook iets meer gelijken op God, die ons nooit kleineert of afbreekt, maar ons bevestigt in het goede, opdat we groeien naar de gestalte van Jezus, zijn geliefde Zoon. De ontmoeting met Jezus in deze viering helpt ons om op God te gelijken in zijn liefde voor ieder mens. (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
1ste ZONDAG IN DE VEERTIGDAGENTIJD
EERSTE LEZING Deut., 26, 4-
Op deze eerste zondag van de Vasten, mogen wij elkaar een gezegende vastentijd toewensen. Wij horen in de eerste lezing hoe het Godsvolk uit het Oude Testament zijn dankbaarheid wil uitdrukken voor de redding uit het slavenhuis en daarom de eerste vruchten van zijn velden aan God toewijdt. Zo is ook de teneur van het evangelie het geloof in God als de oorsprong van ons leven en onze redding. Jezus wil God op de eerste plaats stellen, niet zijn eigen materiële verlangens, niet zijn eigen invloed of succes maar Gods verlangen op elk moment. Dat wordt ook voor ons de opgave van deze veertigdagentijd: God op de eerste plaats, en daarom schuiven wij onze menselijke verlangens wat naar de achtergrond. Wij willen opnieuw en sterker kiezen voor Gods verlangen in de keuzen van iedere dag: de keuze voor onszelf en ons eigenbelang of de keuze voor de aandacht voor God en onze naasten, vooral voor de armen en mensen in nood. We willen groeien in het gebed en in de vriendelijke omgang met onze medemensen. Het is een veeleisende maar gelukkig makende stap in het daadwerkelijk geloof en de waarborg van onze redding. In alle eenvoud willen wij onze inspanningen voor God neerleggen, ons voor Hem neerbuigen in het vertrouwen dat Hij ons genadig zal zijn en dat Hij ons verder wil begeleiden op de weg van het heil. Gezegende veertigdagentijd! (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
2de ZONDAG IN DE VEERTIGDAGENTIJD (13-
Omgevormd
EERSTE LEZING: Gen., 15, 5-
Op deze tweede zondag in de Veertigdagentijd horen wij het verbond dat God sluit met Abraham. Abraham gelooft aan de belofte van God dat hij een talrijk nageslacht zal hebben, zelfs als dat geloof op de proef zal worden gesteld wanneer hij zijn enige zoon moet offeren. In de Gedaanteverandering (transfiguratie) spreekt God over Jezus als de Uitverkorene naar Wie wij moeten luisteren. Ook wij worden uitgenodigd tot geloof, zelfs als we zien dat die Uitverkorene sterft aan een kruis, van God en mens verlaten, zo lijkt het. De definitieve transfiguratie voltrekt zich voor Jezus in de glorievolle verrijzenis. Ook wij zullen omgevormd worden, zoals Paulus schrijft, “wij zullen gelijkvormig worden aan zijn verheerlijkt lichaam.” Het is echter niet nodig om te wachten op die uiteindelijke en definitieve omvorming. Door het luisteren naar Jezus, worden wij nu al meegetrokken in de transfiguratie. Zijn woord zet ons op weg om nu reeds te leven als Gods uitverkoren kinderen, midden een wereld waar oorlog en onvrede heersen. Wij mogen ons vandaag reeds inzetten om zelf als getransfigureerde mensen te leven, en mee te werken om de wereld om te vormen tot een wereld waarin God zijn welbehagen vindt. Jezus is tot ons gekomen om ons te redden van de zonde en de dood. In zijn spoor mogen wij ons inzetten om vrede te stichten, om armen en vluchtelingen te helpen, om mensen te helpen de echte zin van het leven te ontdekken. Zo leven wij zelf als getransfigureerde mensen en vormen wij de wereld om in Jezus’ spoor, naar de droom van God. (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
3de ZONDAG IN DE VEERTIGDAGENTIJD
Barmhartigheid en vermaning
EERSTE LEZING Ex., 3, 1-
De liturgie van deze derde zondag van de Veertigdagentijd is opnieuw rijk aan inzichten, aan openbaringen. In de lezing uit het boek dat de Uittocht uit het slavenhuis beschrijft, wordt gezegd dat God de ellende van zijn volk heeft gezien en het gaat bevrijden: Hij is de barmhartige God. Tegelijk zegt God zijn Naam, Ik ben Hij die is, Hij die reddend nabij is. Het is een eigennaam die tevens actie is, God is wat Hij doet, Hij doet wat Hij is: nabij zijn, redden, bevrijden. Maar, schrijft Paulus aan zijn christenen van Korinthe, velen van het Godsvolk hebben niet geprofiteerd van de genade en zijn in de woestijn ten onder gegaan. Dat is een waarschuwing voor ons, zegt Paulus: Wie meent te staan, moet opletten dat hij niet valt. Het is niet omdat wij christen genoemd worden, dat we het ook echt zijn.
Met de parabel van de onvruchtbare vijgenboom brengt Jezus ons eenzelfde waarschuwing: om deel te hebben aan de redding, de aanvaarding door God, moeten we ons bekeren en moeten we vruchten van bekering dragen. Ons bekeren betekent dat we ons afkeren van ons egoïsme en van een leven zonder God en God het hoge woord geven. Tegelijk krijgen we de kans tot aanvaarding door God, dankzij Jezus, die Gods geduld met ons gestalte geeft door de verlossing. Laten wij van die barmhartigheid van God gebruik maken om ons te bekeren en daden van bekering te stellen. Zo wordt deze tijd voor Pasen ook echt opstanding uit een leven zonder zin en zonder toekomst. Profiteren wij van deze tijd van genade. (Ben Van Vossel 2022)
4de ZONDAG IN DE VEERTIGDAGENTIJD
Aanbod: Verzoening en vreugdevol feestmaal
EERSTE LEZING Joz., 5, 9a. 10-
God brengt zijn volk thuis in Kanaän. Ze vieren het Paasfeest en ’s anderendaags kregen ze geen manna meer want zij konden nu eten van wat het land Kanaän voortbracht. Een lange tocht had het volk achter de rug, ze waren met hun hart van God weggelopen. Nochtans had God hen van manna en drinken voorzien. Zij hadden gemord tegen God, hun vertrouwen op Hem was op de proef gesteld, een hele generatie had de Uittocht en de aankomst in Kanaän niet overleefd. Maar nu waren ze echt thuis. Voortaan konden ze eten van wat het land voortbracht. In het evangelie luisterden wij naar het verhaal van de verloren zoon; een parabel van Jezus die mondeling was overgeleverd (Q). Jezus vertelde die omdat Hij het verwijt kreeg tollenaars en zondaars naar Hem kwamen luisteren en dat Hij met hen maaltijd hield. De verloren zoon trekt weg van huis, komt in de miserie en keert dan als een gelsagen hond naar zijn vader terug. De vader onthaalt hem hartelijk en richt een feestmaal aan om de terugkeer te vieren. God houdt van rechtvaardigen én van zondaars aan wie Hij ook zijn liefde wil doen kennen. Paulus schrijft aan zijn christenen van Korinthe: Door Christus heeft God ons met zich verzoend. Wij zijn allemaal verloren zonen, maar niemand is verloren. Laat u met God verzoenen, smeekt Paulus. Laten wij in deze viering nederig tot God komen, erkennen dat wij zwakke mensen zijn maar zeker van zijn vergevende liefde in Christus. Ook wij mogen zo thuiskomen in het Beloofde Land, thuiskomen bij God onze Vader die voor ons hier en nu het feestmaal aanricht voor de bruiloft van zijn Zoon, Jezus, die zich aan ons geeft in een heilig nieuw Verbond. (Ben Van Vossel 2022)
5de ZONDAG IN DE VEERTIGDAGENTIJD
Tot nieuw leven geroepen
EERSTE LEZING Jes., 43, 16-
In het tweede deel van het Boek Jesaja gaat het over de ballingschap en de belofte dat de Heer zijn vertrapte volk zal terugvoeren; het wordt vergeleken met de uittocht uit het slavenhuis Egypte onder leiding van Mozes. Het volk is totaal ontmoedigd, uitgedoofd als een kaars, maar God belooft iets nieuws, een weg doorheen de steppe en overvloed van water in de woestijn; het volk dat door God is gevormd, zal zijn lof verkondigen. Dat hoorden we in psalm 126: “De Heer bracht Sions ballingen terug: het was alsof wij droomden. Geweldig was het wat de Heer ons deed, daarom zijn wij zo blij.”
De slavernij van Egypte en de ballingschap worden in de liturgie gezien als een beeld van de slavernij van de zonde: de afwezigheid van God in ons leven, de gehechtheid aan de zonde, de zelfzucht, de hoogmoed. God wil echter niet onze veroordeling, maar dat we opnieuw tot leven komen, tot een leven van vriendschap met God. Dat maakt Jezus ons duidelijk in het evangelie: Schriftgeleerden en Farizeeën willen een zondares stenigen, alsof zijzelf de ‘zuiveren’ zijn en gerechtigd om anderen te voordelen en te veroordelen. Jezus toont de barmhartige liefde van God. Hij zegt tot de vrouw: “Ook Ik veroordeel u niet; ga heen en zondig voortaan niet meer”. Door de nederige bekentenis van onze onmacht, onze zwakheden en zonden, bereiden wij ons voor op het Paasfeest, zodat we met en door Christus, kunnen opstaan tot een nieuw leven vanuit Gods genadevolle liefde. (Ben Van Vossel 2022)
PALM-
EVANGELIE Lc., 19, 28-
Met deze zondag, Palmzondag, treden wij de Heilige Week binnen. Ogenschijnlijk gebeurt het met een Blijde Intrede van Jezus. Maar eigenlijk vermoeden wij al wat er gaat komen Hoe Jezus verworpen zal worden en ter dood gebracht. En wij mogen deze zondag vieren terwijl we ook aan onszelf deze fundamentele vraag stellen: Is mijn keuze voor Jezus een oprechte keuze? Wil ik mijn leven op Hem gericht houden? Wij weten immers dat het ‘Hosanna’ van deze dag, straks een tegenhanger krijgt in het ‘Weg met Hem’, ‘Kruisig Hem’ en dat men liever een misdadiger vrijlaat dan Jezus, de Onschuldige. Wii moeten ons bewust blijven dat Jezus alles, werkelijk alles heeft ingezet voor ons geluk, om voor ons de weg naar het geluk open te breken, een hernieuwde vriendschap met God. Door Jezus’ totale gave is de muur tussen God en ons afgebroken en kunnen wij door God weer worden aanvaard als zijn kinderen. Laten wij vandaag ons dan ook afkeren van alles wat onze vriendschap met God in de weg staat, en vieren wij het begin van deze Heilige Week met een dankbae beleving van het resultaat van Jezus’ lijden, dood en verrijzenis: de herstelde relatie, als zonen en dochters, met God, onze Vader. Ben Van Vossel (2022)
2de ZONDAG VAN PASEN (BELOKEN PASEN)
Geloof en leven
EERSTE LEZING Hand.,5, 12-
Er gebeurt heel veel in de lezingen van vandaag. Er is eerst en vooral het feit van Jezus verrijzenis. De Verrezen Heer verschijnt op Paasavond aan zijn leerlingen. En de leerlingen waren vervuld van vreugde toen ze de Heer zagen. Dan gebeurt er daarna dit dat de leerlingen van deze verschijning getuigen aan Tomas die er niet bij was. Hij gelooft zijn medeleerlingen niet. En dan krijgt ook Hij de Verrezen Heer te zien. Met deze vermaning van Jezus: “Gij gelooft omdat ge Mij gezien hebt. Zalig die niet gezien hebben en toch geloven.” In deze twee verschijningen gaat het zowel om de persoonlijke ervaring van de leerlingen, als ook om het getuigenis vanwege medegelovigen.
Waar situeren wij ons in dit verhaal? Er is een oude spreuk die zegt: ‘Het geloof ontstaat door het horen.’ Wij zijn tot geloof gekomen omdat andere gelovigen ons er over verteld hebben; Het werd ons om zo te zeggen met de paplepel ingegeven. De meesten van ons hebben als kind het geloof meegekregen. Maar later wordt dat geloof op de proef gesteld. Ofwel doordat we zelf dat geloof niet verzorgen door er te weinig van te leven. Ofwel omdat de samenleving waarin we leven niet-
3de ZONDAG VAN PASEN
Het is de Heer
EERSTE LEZING Hand., 5, 27b-
Dit keer zitten de leerlingen van Jezus niet samen in het cenakel, maar zijn ze gewoon aan het werk als vissers op het meer. Midden dat gewone werk ontmoeten ze de verrezen Heer Jezus. Hij geeft hun het teken van een wonderbare visvangst, waarop Johannes zegt: Het is de Heer. Hier, in deze viering mogen wij de Heer ontmoeten in zijn Woord en in de heilige maaltijd. Maar ook in het gewone leven komt Hij ons tegemoet en wil Hij ons ontmoeten. En dan moeten ook wij kunnen zeggen: Het is de Verrezen Heer. En dan moeten ook wij kunnen zeggen: Heer, Gij weet dat ik U bemin. Hoe openbaart de Heer zich in ons gewone leven? Het gewone leven is niet altijd gemakkelijk; ook de apostelen hebben een hele nacht gezwoegd, zonder iets te vangen, zonder er iets aan over te houden. Maar midden dat gewone leven nodigt Jezus ons uit om deel te nemen aan ZIJN werk. Ons gewone leven moet een christelijk leven worden, een leven dat aangenaam is aan God en dat getuigt van de aanwezigheid van de verrezen Heer. Daarvoor is nodig dat we Jezus hebben aangenomen als de Heer van ons leven, dat Hij ons leven mag besturen, én dat wij van Hem houden. Ook wij moeten kunnen antwoorden zoals Petrus: Ja Heer, Gij weet dat ik U bemin. Wanneer wij ons toevertrouwen aan de Heer en ons leven op Hem bouwen gaan wij ervaren dat Hij ons met zijn vrede en vreugde tegemoet komt en ons leven vruchtbaar maakt. (Ben Van Vossel 2022)
5de ZONDAG VAN PASEN
Liefhebben zoals God
EERSTE LEZING Hand., 14, 21-
De liturgische teksten van vandaag trekken onze aandacht op de liefde van God voor de mensen, voor alle mensen en alle volkeren, niet enkel voor dat ene volk waaraan God zich openbaarde. Paulus en Barnabas, de oom van de evangelist Marcus, getuigen dat God de poort van het geloof ook voor de heidenvolken heeft geopend, dus ook voor ons. Daarom verheerlijkt de Kerk God met Psalm 145 “De Heer is vol liefde en medelijden, lankmoedig en zeer goedgunstig. De Heer is bezorgd voor iedere mens, barmhartig voor al wat Hij maakte.” Ook wij mogen weten dat Hij onze God wil zijn en wij mogen zijn volk zijn, schrijft Johannes in het Boek der Openbaring. In het evangelie geeft Jezus ons zijn Nieuw gebod als een soort Testament, een laatste wilsbeschikking voor al zijn leerlingen, ook voor ons: “Een nieuw gebod geef Ik u: gij moet elkaar liefhebben; ZOALS IK u heb liefgehad, zo moet ook gij elkaar liefhebben.” Daarin situeert zich het nieuwe van dat gebod tot de liefde: wij moeten elkaar liefhebben ZOALS Jezus ons heeft liefgehad. Zoals Hij van ons houdt, zo moeten wij ook van elkaar houden, heel concreet in het eigen gezin: man en vrouw moeten van elkaar houden met de tederheid van God zelf. Vader en moeder moeten van hun kinderen houden en hen ondertussen de weg wijzen naar het echte geluk, dat is liefde in verantwoordelijkheid. Allen moeten wij van onze medemensen houden zoals Jezus van hen zou houden: met respect voor iedereen, met ongeveinsde liefde maar waarbij wij ook respect verwachten voor de eigen persoon. Maar Jezus’ liefde openbaart zich ook als een liefde die bereid is tot verzoening en vergeving, tot het geven van nieuwe kansen. Houden van elkaar zoals Jezus ons heeft liefgehad, is de Blijde Boodschap van vandaag. (Ben Van Vossel 2022)
6de ZONDAG VAN PASEN
Heil voor alle volkeren
EERSTE LEZING Hand., 15, 1-
In de lezingen van vandaag worden wij ondergedompeld in een periode dat Jezus niet meer zichtbaar aanwezig is voor zijn leerlingen. Hij spreekt er zelfs openlijk over. Hij heeft hen voorbereid op die tijd door zijn woord en de tekenen die Hij verrichtte. Maar ze hoeven zich niet als wezen te voelen, zelfs als ze zich niet alles zouden herinneren van zijn verkondiging: “de Helper, de heilige Geest die de Vader in mijn Naam zal zenden, Hij zal u alles leren en u alles in herinnering brengen wat Ik u gezegd heb.” Laat uw hart dus niet verontrust worden. Jezus deelt nog een andere diepe werkelijkheid mee, Hij betrekt zijn leerlingen, ook ons, in het mysterie van de heilige Drieëenheid, in de intimiteit van waaruit Hijzelf leefde: “Als iemand Mij liefheeft zal hij mijn woord onderhouden; mijn Vader zal hem liefhebben en Wij zullen tot hem komen en verblijf bij hem nemen.” Wij worden binnengetrokken binnen de intimiteit van God zelf. In wie gelovig leeft wil Hij wonen en sticht Hij zijn Koninkrijk: Mysterie van Liefde. Zo toegerust gaan Jezus leerlingen op weg, en bij de grote vragen doen zij beroep op de Heilige Geest die de kerk leidt. Zo zien wij dan hoe ze op een eerste kerkvergadering beslissen dat de kerk universeel moet zijn, open voor alle naties en volkeren; ook voor ons dus. Daarom kunnen wij vandaag met Psalm 67 Bidden “Geef dat de volken U eren, o God, dat alle volken U eren… God, wees ons barmhartig en zegen ons, toon ons het licht van uw aanschijn; Opdat men op aarde uw wegen mag kennen, in alle landen uw heil.” (Ben Van Vossel 2022)
7de ZONDAG VAN PASEN
Dat zij één zijn
EERSTE LEZING Hand., 7, 55-
In de woorddienst van deze 7e Paaszondag horen wij Jezus tot de Vader spreken en Hij smeekt Hem om eenheid tussen zijn volgelingen. Hij vraagt dat de liefde waarmee de Vader Hem heeft liefgehad, ook in hen moge zijn. De Vader houdt van al wie Jezus volgt. Er zijn er velen die zich christen noemen. Zij behoren niet allen tot dezelfde christelijke kerk of gemeenschap. Soms hebben die elkaar bestreden als vijanden, terwijl ze in dezelfde Jezus geloofden en Hem wilden volgen. Tot op vandaag zien zij elkaar soms als concurrenten, of als ketters. We zouden elkaar op de eerste plaats moeten zien als leerlingen van Jezus, en blij zijn dat het Jezusvolk groter is dan onze eigen kerkgemeenschap. Wij moeten erover waken dat wij door te eng te denken wij het werk van God niet stuk maken, zoals Paulus later ook moest ontdekken dat zijn ijver voor God in feite Gods werk stuk maakte. Laten wij op deze laatste zondag na Pasen onze keuze voor Jezus als koning van ons hart en van ons leven vernieuwen. Hij is niet ver van ons vandaan, maar woont in elk hart dat Hem als Heer aanvaardt en gelooft dat Hij de Heer is: “Ik zal u niet verweesd achterlaten, zegt de Heer, Ik ga, en Ik keer tot u terug, en uw hart zal zich verblijden.” Laten wij verder op weg gaan met de Heer en zijn gebed om eenheid in het leven van elke dag beleven. (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
FEEST VAN DE H. DRIE-
ZONDAG NA PINKSTEREN
EERSTE LEZING Spr., 8, 22-
De goddelijke Wijsheid die in de eerste lezing gezongen werd, is door de kerkvaders vaak gezien als een voorafbeelding van Christus, die vóór alles aanwezig was en die ook graag bij de mensen was. In de tweede lezing hoorden we dat wij in vrede met God leven door Jezus Christus, en hoe Gods liefde in ons hart is uitgestort door de heilige Geest die ons geschonken is. In die paar zinnen wordt gesproken over de Vader, Jezus en de heilige Geest. Het klinkt als een familie, een gezin. En wij mogen in dat gezin, in die gemeenschap thuiskomen, we zijn uitgenodigd door de Vader die ons van alle eeuwigheid liefheeft; we zijn uitgenodigd door Jezus die ons heeft verlost zodat we ongehinderd tot de Vader kunnen komen; en we zijn uitgenodigd door de heilige Geest die in ons bidt ‘Abba – Papa’ en die ons doet belijden dat Jezus de Heer is. Laten we niet te ingewikkeld denken over God, maar laten we leven van zijn aanwezigheid in ons. We zijn van zijn familie, geschapen door Hem naar zijn beeld en gelijkenis, geroepen om bemind te worden en om te beminnen in de Naam van de Vader, de Zoon en de heilige Geest, want onze God is één Mysterie van Liefde. (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
PINKSTEREN
Gaven tot opbouw van de gemeenschap
EERSTE LEZING Hand.2,1-
Wij vieren vandaag het Pinksterfeest. Misschien herinneren wij ons vooral het talenwonder waarmee Lucas in de Handelingen er apostelen het spreken in vreemde talen in tegenstelling ziet met de toren van Babel waar onenigheid en vervreemding van elkaar ontstond. De heilige Geest brengt echter de mensen samen, mensen van overal die Gods grote daden bezingen. Wij willen vandaag onze aandacht vestigen op het werk van de heilige Geest, die aan iedereen gaven schenkt om de samenleving en de kerkgemeenschap op te bouwen in eenheid. Ieder van ons heeft eigen gaven gekregen om Jezus’ werk voort te zetten: de voornaamste gave is de liefde waardoor we nog het meest gelijken op God, die Liefde is. Maar er zijn ook gaven van dienstbetoon, gaven om een gezin te vormen in onderlinge dienstbaarheid, de gaven die je als vader en moeder nodig hebt bij de begeleiding van kinderen; er zijn gaven om in dienst te stellen van de opbouw van een kerkgemeenschap of een samenleving waarin ieder in zijn waardigheid als mens gewaardeerd wordt en niemand wordt uitgesloten. Die gaven zijn er niet om ons op te beroemen, maar om ze in dienst te stellen van het welzijn van allen. Gods Geest weet wat de Kerk en de samenleving nodig heeft. Laten wij de gaven die God ons gegeven heeft met ijver gebruiken om zo een kerk en een samenleving op te bouwen zoals God ze gedroomd heeft. (Ben Van Vossel 2022)
FEEST VAN HET HEILIG SACRAMENT
( 2e DONDERDAG of 2e ZONDAG NA PINKSTEREN)
EERSTE LEZING Gen., 14,18-
De apostelen zeggen tot Jezus: Stuur de mensen weg, naar de dorpen en steden in de omtrek zodat ze daar kunnen logeren en eten kopen. Jezus zegt: Geef gij hun maar te eten. De apostelen zitten met de handen in het haar. Maar Jezus zal de mensen zelf te eten geven. Zo gebeurt het ook nog vandaag. Jezus geeft ook vandaag zijn volk te eten in elke Eucharistie. Op het Laatste Avondmaal heeft Hij brood en wijn genomen, zoals de koning en priester Melchisedek in het Oud Testament. En vandaag mogen wij aanzitten aan de tafel waarover Jezus de heilige Geest zendt om brood en wijn te maken tot zijn Lichaam en Bloed, tot teken van zijn totale gave aan het kruis en tot werkzaam teken van zijn verrijzenis. Het is het sacrament, het werkdadig teken van zijn liefde tot het uiterste. Hij laat ook vandaag zijn volk niet in de steek. Hier worden wij gesterkt om midden in de wereld toch de weg van Jezus te gaan en niet de weg van het egoïsme of de oppervlakkigheid, hier worden wij verlicht om van dag tot dag aan te voelen wat de juiste weg is om te beantwoorden aan het verlangen van God, onze Vader. Neemt en eet, zegt Jezus, neemt en drinkt, doet dit tot gedachtenis aan Mij. Laten wij dankbaar deelnemen aan de heilige maaltijd waarin de Heer tot ons komt om zijn volk nabij te zijn in alle omstandigheden van het leven. Laten wij ook de woorden “Geef gij hun maar te eten” tot ons komen? Want vandaag mogen wij het wonder voltrekken om eten te geven aan alle mensen op aarde. Wanneer we maar goed weten te delen, armen en rijken, dan is dat wellicht te doen. Een uitdaging ! (Ben Van Vossel 2022)
13de ZONDAG DOOR HET JAAR
Geroepen in en tot vrijheid
EERSTE LEZING 1 Kon., 19, 16b. 19-
Wij worden vandaag in deze Eucharistie allen geroepen. Wij zijn tot niets verplicht, maar als we ja-
14de ZONDAG DOOR HET JAAR C
Gezonden
EERSTE LEZING Jes., 66, 10-
Jezus is met zijn leerlingen op weg naar Jeruzalem. Jeruzalem dat het aardse eindstation zijn voor Hem, op de Kalvarie waar Hij zijn leven geeft. Maar vastberaden gaat Hij die weg. Om zijn werk voort te zetten, het Blijde Nieuws te brengen in woord en in daad, is Hij bezig zijn leerlingen te vormen. 72 zendt Hij uit vandaag. Ieder van ons wordt gezonden, ieder van ons met zijn eigen gaven en gebreken, en er is geen tweede zoals u en ik. U en ik worden zo gezonden om overal het zaad van het evangelie te zaaien. Door ons woord en door onze manier van zijn. Wij hoeven ons daartoe niet uit te rusten met een hele rugzak van speciale gaven en onszelf voorzien van alle mogelijk confort. Het komt erop aan dat wij aan God de kans geven om door ons zijn liefde naar de mensen te brengen. Hij is immers de barmhartige Vader, en wij mogen als voorbeeld nemen de barmhartige Samaritaan: gewoon doen wat er moet gedaan worden in de gegeven situatie. We moeten ons leven geven, wat betekent: beschikbaar blijven voor het geluk van de ander, iedere dag opnieuw. En zoals de leerlingen verheugd terugkeerden van hun missietocht, zo mogen ook wij ons verheugen dat wij aan de mensen de glimlach van God mogen doorgeven. Blij dat wij Jezus’ zending verder mogen zetten als zijn leerlingen. (Ben Van Vossel 2022 naar Regina Goberna)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
15de ZONDAG DOOR HET JAAR
Het woord van God is dicht bij u
EERSTE LEZING Deut., 30, 10-
Als gij de stem van de Heer uw God hoort, dan moet ge Hem gehoorzamen. Dat zegt Mozes tot de Israëlieten. Het is een woord dat ook tot ons gericht wordt. Wanneer we de Schriften lezen, dan is het woord van God in onze mond en in ons hart, het is ons dan heel nabij; gij kunt het dus volbrengen, voegt Mozes eraan toe. Wij moeten inderdaad niet wachten op hemelse verschijningen en openbaringen die God vandaag nog zou richten tot ons. In het evangelie roept Jezus ons een Meesterwoord in herinnering wanneer men Hem vraagt wat we moeten doen om het eeuwig leven te verwerven. Het klinkt niet ingewikkeld: “Gij zult de Heer uw God beminnen met geheel uw hart en met geheel uw ziel, met al uw krachten en geheel uw verstand; en uw naaste gelijk uzelf." Jezus zegt dan tot ieder van ons: “doe dat en ge zult leven.” Jezus spreekt Gods eigen woorden. Jezus is het beeld van de onzichtbare God, klonk het in de tweede lezing. In de parabel van de barmhartige Samaritaan leren we dat we zelf de naaste moeten zijn van de mens-
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
16de ZONDAG DOOR HET JAAR
Christus in u ~ Hoop op eeuwig leven
EERSTE LEZING Gen., 18, 1-
We mochten in de eerste lezing getuigen zijn van de maaltijd die Abraham laat gereedmaken voor de drie mannen, figuur van God die te gast wil zijn bij Abraham en zijn vrouw Sara. Mooi is het hoe Abraham erbij blijft staan onder de eik van Mamre, waar zijn tent stond. Abraham kunnen wij hier zien in dezelfde rol als de twee zussen, de ene die zorgt dat er eten op tafel komt en de ander die Jezus gezelschap houdt en naar zijn woorden luistert. De woorden die God spreekt tot Abraham houden een grote belofte in, de belofte van een groot volk waaruit eeuwen later de Messias zal geboren worden. Wij zijn hier samen om God te loven en naar zijn woord te luisteren, zoals Abraham, zoals Maria, die aan de voeten van Jezus neerzit en naar zijn woord luistert. De grote belofte voor ons is de uitnodiging om aan de heilige maaltijd deel te nemen. Paulus noemt het “Christus in u” en “hoop op eeuwig leven”. Deze twee realiteiten worden bezongen in een mooie hymne van de Kerk over de heilige Eucharistie: “O Heilig feestmaal waarin Christus ontvangen wordt, de herinnering aan zijn lijdensweg wordt vernieuwd, de ziel vervuld wordt van genade en een belofte van toekomstige heerlijkheid aan ons wordt gegeven.” Laten wij ons dan opbouwen als christen en als christelijke gemeenschap door het woord en deelname aan de heilige offermaaltijd, zo worden wij gevormd om zoals Jezus zelf in dienst te staan van God en van de mensen die Hij op onze weg zendt, zoals de beroofde en gewonde mens die, zoals we vorige zondag hoorden, door de barmhartige Samaritaan werd opgevangen. (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
17de ZONDAG DOOR HET JAAR
Vertrouwvol gebed
EERSTE LEZING Gen., 18, 20-
Ouders zijn geweldig blij wanneer hun kleine dreumes zijn eerste woordjes spreekt. Zelf verstaan ze vlug uit dat kindergebrabbel. Mama, papa. Vandaag leert Jezus aan zijn leerlingen bidden en het eerste woord dat Hij hen leert is: abba, papa. “Wanneer je bidt, zo zegt Jezus: zeg dan: Papa.” Spreek God aan met zijn naam: Vader. Jezus leert ons niet bidden tot een verre God, een strenge meester, een God die zich niet bezig houdt met onze kleinmenselijke problemen. Jezus leert ons God “Vader” noemen. Ons zo nabij en nog veel meer nabij dan een papa of mama voor hun kleine jongen of meisje. Abraham is een voorbeeld van aandringend gebed en Jezus zelf geeft het voorbeeld van een man die maar blijft aandringen bij zijn buur om hem wat voedsel te geven. Zo mag je bij God blijven aandringen om te verkrijgen wat je echt nodig hebt. Men zegt wel dat het smeekgebed een minderwaardige vorm van bidden is, maar eigenlijk zit er ook een sterke lofprijzing in want men erkent enerzijds zijn eigen armoede en ontoereikendheid, en tegelijk erkent men God goedheid en grootheid, en aan die goede en machtige Vader vertrouwen wij ons toe. Wanneer we ons zo met vertrouwen wenden tot de Vader van onze Heer Jezus Christus, zullen wij ook de diepe vrede kennen die Jezus eigen was want door ons geloof in Jezus delen wij in het nieuwe leven. (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
18de ZONDAG DOOR HET JAAR
Zoekt wat boven is
EERSTE LEZING Pred., 1, 2; 2, 21-
In de eerste lezing, uit het Oud Testament, zet Prediker ons met onze twee voeten op de grond. Waar jullie je druk om maken, heeft omzeggens geen zin, waar jullie van wakker liggen en wat je tracht te bereiken, het heeft vaak zo weinig te betekenen, het is zo weinig waardevol. Laat uw gedachten en uw streven uitgaan naar wat God te zeggen heeft, luistert naar zijn stem, want Hij staat aan het begin en het einde van jouw leven; Hij bepaalt wat echt waarde heeft. De brief aan de christenen van Kolosse sluit daarbij aan: Als je door je geloof in Christus ten leven zijt gewekt, zoek dan ook wat boven is, zint op het hemelse, niet op het aardse. Moeten we dan niet met het aardse bezig zijn? Moeten we niet werken om in ons levensonderhoud en dat van ons gezin voorzien? Moeten we ons niet inspannen om deze wereld meer te maken tot een goed huis voor de mens? Zeker, want dat alles is ook een opdracht van God. Maar wat we leren uit de lezingen van vandaag, ook en vooral uit het evangelie is dat we ons als gelovigen op de eerste plaats gesteld moeten weten tegenover God en dat we alles bekijken vanuit de waarde die God eraan toekent. Laten wij ons bezinnen over ons bezigzijn in deze wereld, leven wij met God voor ogen, zodat we op het einde van ons leven niet moeten zeggen, waar ik mee bezig ben geweest, waar ik me druk over gemaakt heb, het was niet de moeite waard. Spannen wij ons in om rijk te zijn in de ogen van God. (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
19de ZONDAG DOOR HET JAAR
De lendenen omgord, de lampen brandend
EERSTE LEZING Wijsh., 18, 6-
Wij mensen leven allemaal met een droom, een droom dat de volgende dag, de volgende maand, het volgend jaar, een tijd van vrede zal zijn, een tijd dat het ons ook op materieel vlak zal meezitten, een tijd van gezondheid voor onszelf en de leden van ons gezin. Het zijn zeker goede en gewettigde verwachtingen. Nochtans kregen wij vorige zondag al te horen dat we ons niet moesten vastklampen aan voorbijgaande en oppervlakkige dingen en dat we moesten uitzien naar wat God nog voor ons in petto heeft, nu en later. Vandaag worden wij nogmaals opgeroepen om met de twee voeten op de aarde te staan maar ondertussen te leven als mensen die weet hebben van Gods beloften. Wij krijgen het Godsvolk en Abraham als voorbeeld van geloven. Zij wisten dat “Hij die de belofte had gedaan, zijn woord zou houden.” (Hebr 11,11) Daarom spoort Jezus ons in het evangelie aan om ons te gedragen als mensen die wachten op de terugkomst van hun heer. Wij moeten bezig zijn met wat de Heer ons heeft opgedragen: ons dagelijks werk, ook ons dagelijks gebed van lofprijzing, dankbaarheid en voorbede voor onszelf en vele anderen, en ons getuigenis van een consequent christelijk leven. “Gelukkig de dienaars die de Heer bij zijn aankomst daarmee bezig vindt”. Op die manier zal de Heer ons waakzaam aantreffen wanneer Hij komt, nu en later, “Hij zal zich omgorden en Hij zal ons aan tafel nodigen en langs gaan om ons te bedienen.” (Ben Van Vossel 2022)
20ste ZONDAG D00R HET JAAR C
Vuur moet oplaaien
EERSTE LEZING Jer., 38, 4-
De profeet Jeremia wordt in een diepe put gegooid om vergeten te worden maar kort daarop wordt hij gered. De Hebreeënbrief spreekt over Jezus die gekruisigd wordt maar door God verheven tot redder van ons allen. Een christen is iemand die voor Jezus gekozen heeft als de redder van hemzelf en van de hele wereld. Die keuze en een leven dat daaraan beantwoord wordt niet altijd goed onthaald door de omgeving. Nochtans is dat onze roeping en ons getuigenis. Jezus heeft ook moeten kiezen om in alles de wil van de Vader te doen, dat is het vuur dat Hij is komen brengen in de wereld: dat radicaal vertrouwen en die radicale liefde voor de Vader. Wij worden geroepen om elke dag opnieuw onze doopbeloften te beleven: kiezen voor Gods verlangen, kiezen voor de inzet voor een betere en meer rechtvaardige wereld, kiezen voor amen en uitgestotenen in plaats van voor ons comfort. Vurig verlangt Jezus dat dat vuur oplaait in de wereld! (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
21ste ZONDAG DOOR HET JAAR
Gerechtigheid doen
EERSTE LEZING Jes., 66, 18-
De lezingen van deze zondag zijn blij nieuws en tegelijkertijd ook veeleisend ja, zelfs confronterend. De profeet Jesaja ziet als toekomst dat ook vele volkeren geroepen worden want ook aan hen wordt het blijde nieuws verkondigd en ook uit de volkeren kiest God zijn priesters en levieten. Maar in het evangelie spreekt Jezus ons over de nauwe deur. Het is niet omdat je God kent en zegt dat je gelovig bent, maar omdat je de gerechtigheid beleeft. Pas dan geraak je door de nauwe deur. Het volstaat dus niet te zeggen dat je het ware geloof bezit: je moet het ook tonen, je moet het beleven. Want andere krijg je het harde woord te horen: “Ik weet niet waar gij vandaan komt. Gaat weg van Mij, gij allen ongerechtigheid bedrijft.” Je bent maar een echte christen wanneer je ook de gerechtigheid beleeft: Je leven richt op Jezus’ voorbeeld. Maar zelfs dan kan het lijden de toetssteen worden, dat we overeind blijven ook wanneer het lijden, de tegenslagen of zelfs vervolging ons beproeven. Wanneer wij ook in moeilijke tijden God trouw blijven, “levert het lijden de vrucht op van een heilig leven”, zo lezen we in de Brief aan de Hebreeën. Laten we in goede én in donkere dagen Jezus’ voorbeeld volgen. Hij geeft ons in deze viering de kracht om in alles Gods verlangen te doen en zo door de nauwe deur Gods Koninkrijk binnen te gaan. (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
22ste ZONDAG DOOR HET JAAR
Wie zich vernedert zal verheven worden
EERSTE LEZING Sir., 3, 17-
De lezing uit het Oud Testament zou je in deze tijd als volgt kunnen vertalen : Mijn kind wanneer je rijk bent, blijf bescheiden, wanneer je met een grote auto rijdt, wanneer je een grote teevee hebt, wanneer je hogere studies gedaan hebt, wanneer je over een groot verstand of over heel wat vaardigheden beschikt, wanneer je een goede draaiende zaak hebt… blijf bescheiden. God wordt geëerd door de nederigen; voor de kwaal van een hoogmoedige is er geen genezing, want het kwaad wortelt in zijn hart. God daarentegen heeft zorg voor de eenvoudigste mens. Hij heeft aandacht voor ieder van ons: wij mogen tot Hem komen, wij mogen zijn Zoon, Jezus, hier ontmoeten, met Hem spreken in deze viering en in de stilte van ons hart. Want Hij is mens geworden om, solidair met ons, ons tot God te brengen. Hij is het die zich het diepst vernederd heeft, door ons bestaan te komen delen. “Daarom heeft God Hem hoog verheven zodat Hij iedere knie moet buiten en elke tong belijden tot eer van God de Vader: Jezus Christus is de Heer.” Laten wij Jezus volgen in onze eenvoudige dienstbaarheid van onze medemensen, in onze eenvoudige dienstbaarheid aan God “die op onze kleinheid heeft neergezien” en ons als zijn kinderen heeft opgetild tot gelijkenis met zijn geliefde Zoon. (Ben Van Vossel 2022)
23ste ZONDAG DOOR HET JAAR
Gods waardenschaal
EERSTE LEZING Wijsh., 9, 13-
Het juiste inzicht in wat waardevol is in het leven, in wat God wil, dat juiste inzicht moeten wij van God verwachten, en daarom moeten wij Hem dat vragen. “Zo alleen kunnen de mensen op aarde rechte wegen gaan, leren zij kennen wat God welgevallig is.” Wij mogen God om inzicht vragen, om wijsheid van hart zodat wij onze dagen naar waarde schatten, naar de waarde die God eraan toekent. Dat Hij onze handen bestuurt bij al wat zij doen. God heeft vaak een andere mening dan de onze, die vaak al te menselijk is. Zo vraagt Paulus aan een van zijn vrienden om een weggelopen slaaf niet al te zwaar te straffen, zoals men gewoon was, maar hem te aanvaarden als een geliefde broeder. Ook in het evangelie stelt Jezus ons voor een moeilijke maar noodzakelijke keuze: om echt christen te zijn, moet je God op de eerste plaats stellen, boven elke menselijke genegenheid, boven elk materieel bezit of menselijke waardenschaal. Misschien is het vandaag een uitnodiging om een radicale keuze te maken. Leggen wij het zwaartepunt van onze beslissingen en van onze genegenheden in aardse waarden, of is het doen van Gods wil ons diepste verlangen en de beslissing die we vandaag opnieuw nemen? (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
24ste ZONDAG DOOR HET JAAR
Gods barmhartigheid
EERSTE LEZING Ex., 32, 7-
Bij het begin van de eucharistieviering bidden wij altijd om vergeving omdat wij allen tekort schieten in onze relatie tot God en onze medemensen. Vandaag staan de lezingen in dienst van de verkondiging van Gods vergevingsgezindheid. Centraal staat de aandoenlijke parabel van de verloren zoon die vol vreugde onthaald wordt door de barmhartige vader. Het moet ons aansporen om zoals de verloren zoon telkens weer terug te keren naar God, onze Vader, die ons met vreugde onthaald wanneer wij onze schuld belijden. Reeds in de eerste lezing, uit het Oud Testament vernemen wij hoe God zijn volk op voorspraak van Mozes vergeving schenkt na hun afgodendienst. We krijgen ook het voorbeeld van Paulus die van kerkvervolger aanvaard wordt als grote verkondiger van Gods barmhartigheid. Wij hebben een machtiger voorspreker dan Mozes, namelijk Jezus, die al onze schuld op zich heeft genomen en permanent voor ons ten beste spreekt. Laten we dan vandaag ook weer een stap zetten naar God, in alle nederigheid en waarheid, en belijden dat wij Hem te weinig koning lieten zijn in ons leven en dat we te weinig God hebben nagevolgd door onze onbarmhartigheid naar onze medemensen. Vandaag moet een feest worden van de grote terugkeer naar de Vader. (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
25ste ZONDAG DOOR HET JAAR
De rijken en de armen
EERSTE LEZING Am., 8, 4-
De lezing uit het boek Amos is een sterke aanklacht tegen het uitbuiten van armen en misdeelden; zelfs op de godsdienstige feestdagen is men nog bezig
met bedrieglijk winst maken op de kap van de kleine man en de arme. God zal dat niet vergeten. Hij is die heerlijke God die de armen opbeurt, “die de machtelozen tilt uit het stof, van vuilnishopen de armen weghaalt.” De brief aan Timoteüs nodigt uit om vurig te bidden voor alle mensen, Hij wil immers “dat alle mensen gered worden en tot de kennis van de waarheid komen.” In het evangelie schetst Jezus het gedrag van een onrechtvaardige rentmeester die op kosten van zijn werkgever in de gunst van diens schuldenaars tracht te komen. Jezus haalt dat voorbeeld aan om te zeggen dat de gelovigen ook met wijsheid en overleg zich moeten toeleggen op het goede. In ieder geval, zo zegt Jezus kan men geen twee meesters dienen: God én de geldzucht. Wij moeten alleen God als meester kiezen, Hij is de enige die onze toekomst veilig kan stellen. (Ben Van Vossel 2022)
26ste ZONDAG DOOR HET JAAR
Vermaning van de rijken
EERSTE LEZING Am., 6, 1a. 4-
Gods woord is vandaag niet mals voor de rijken. Toch heeft die vermaning hun heil op het oog. In de parabel van de arme Lazarus klinkt de ernst door van die vermaning: het is nu, het is vandaag, het is in DIT leven dat wij moeten leven zoals God het voor ons bedoeld heeft. Ons leven nu is beslissend, er komt geen herkansing. De profeet Amos lacht zelfs een beetje met zelfgenoegzame rijken die van het leven profiteren en geen oog hebben voor de ellende van de uitgebuite armen. Jezus schetst ons de ellende van de armen tegenover het feesten van de rijken. Maar op God maakt de grote sier weinig indruk. Hij spreekt zijn woord van heil en zegen uit over het leven van de arme, terwijl Hij de rijke verwerpt. Ten diepste gaat het zelfs niet over de rijkdom, over het bezit, maar om de hardheid en egoIsme van de rijke die zich niet bekreunt om het lot van de armen. Psalm 146 toont ons God die recht verschaft aan de verdrukten, brood geeft aan wie honger heeft, gebrokenen opricht, wezen en weduwen steunt en de ontheemden behoedt…
Dit moge voor ons een voorbeeld zijn, God navolgen is immers de roeping van ieder van ons en het bepaalt onze uiteindelijke toekomst. De brief aan Timoteüs spoort ons aan: “Streef naar gerechtigheid, godsvrucht, geloof, liefde, volharding, zachtmoedigheid. Strijd de goede strijd van het geloof, grijp het eeuwige leven.” (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
27ste ZONDAG DOOR HET JAAR
Geloof en inzet
EERSTE LEZING Hab., 1, 2-
In de eerste lezing van vandaag horen we de profeet Habakuk klagen dat zoveel onschuldige mensen door het kwaad worden getroffen. Het is een vraag die mensen in alle tijden zich hebben gesteld. Het hele boek Job is aan dat probleem gewijd. Hier krijgt de profeet als antwoord dat de rechtvaardige gered zal worden door zijn trouw gelovig leven. In de mooie psalm 95, waarmee de monniken het nachtofficie of de lezingendienst beginnen, worden wij opgeroepen om te luisteren naar Gods stem, zoals Hij zich doet kennen aan ieder van ons, in ons hart. Laat ons zingend voor Hem neerknielen en niet halsstarrig zijn zoals het Joodse volk in de woestijn. In de tweede lezing spoort Paulus zijn vriend Timoteüs: Vergeet niet het vuur aan te wakkeren van Gods genade die in u is door de oplegging van mijn handen. Ieder van ons heeft Gods genade ontvangen toen de priester of bisschop bij ons doopsel en vormsel Gods Geest over ons heeft afgesmeekt. Aan die genade moeten wij trouw zijn, aan de vele talenten en goede eigenschappen, aan de goede woorden en aansporingen die we gekregen hebben: vergeet niet het vuur van Gods genade aan te wakkeren die in u is. Als je maar eens echt zou geloven, zo zegt Jezus in het evangelie, dan zou je heel wat meer kunnen doen dan je nu voor mekaar krijgt. We zouden niet enkel met onze beperkte menselijke kwaliteiten in de wereld staan, maar met Gods genade. Ons leven en de wereld zouden meer worden tot Gods terrein. Vergeet niet het vuur aan te wakkeren van Gods genade die in u is. (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
28ste ZONDAG DOOR HET JAAR
Gods weldaden voor alle mensen
EERSTE LEZING 2 Kon., 5, 14-
Van God mag je echt alles verwachten. In de eerste lezing en in het evangelie ontmoeten we melaatse mensen die door God genezen worden. De Syriër Naäman wil God daar echt voor danken en ook een van de tien melaatsen, een Samaritaan, verheerlijkt God en komt zich vol dankbaarheid voor Jezus neerwerpen. “Waar zijn dan de negen anderen? Is er niemand teruggekeerd om aan God eer te brengen dan alleen deze vreemdeling?”
Wij mogen ons twee zaken afvragen. Eerst en vooral dat Gods weldaden niet beperkt worden tot gelovige mensen, want die Syriër en die Samaritaan behoorden niet tot het uitverkoren volk. Toch zegt Jezus: uw geloof heeft u gered. Zij hebben zich toch met veel vertrouwen tot God gekeerd, tot Jezus gekeerd. Het is voor ons een uitnodiging om ons geloof in God, ons vertrouwen op Jezus te vernieuwen.
Een tweede aandachtspunt voor vandaag is: de dankbaarheid tegenover God. Ook al zitten we in onze streken in een economische depressie, ook al hebben veel gezinnen en alleenstaanden het moeilijk door de inflatie en de hoge energiekosten, het is toch ook van belang dat we ook de goede zaken die ons overkomen, de genegenheid, goedheid binnen ons gezin en van mensen om ons heen, de vele genaden die God ons geeft, dat we Hem daarvoor danken, en deze Eucharistie is daar een goede gelegenheid voor.
En misschien kunnen wij op onze beurt, zoals God, ook de minder begoeden wat helpen indien de Heer ons daartoe de mogelijkheid heeft gegeven zodat ook zij reden tot dankbaarheid hebben. (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
29ste ZONDAG DOOR HET JAAR
Volhardend gebed wordt verhoord
EERSTE LEZING Ex., 17, 8-
Vertrouwvol en volhardend gebed wordt verhoord. Eigenlijk kunnen wij het ons niet anders indenken van een barmhartige God, zoals Jezus Hem ons heeft doen kennen. Maar is dat ook onze ervaring? Wij hebben zoveel noden, wij hebben zoveel verlangens. Zien wij nog wel al het positieve dat ons overkomt? Denken wij nog aan onze gebeden die wél verhoord werden. En vragen wij met vertrouwen en met volharding? En tenslotte, vragen wij zaken die passen in wat we van God mogen verlangen?
Vandaag toont de Kerk met dat verhaal over Mozes dat je met volharding moet bidden. En Jezus neemt het voorbeeld van een arme weduwe die met aandrang en volharding haar recht afsmeekt bij een rechter, die nochtans geen heilige is. Haar gerechtvaardigde eis wordt verhoord. Kunnen wij daar iets van leren. Volhardend bidden en vertrouwen op Gods trouwe zorg.
Maar, voegt Jezus er nog aan toe: zal de Mensenzoon bij zijn komst nog wel het geloof vinden op aarde. Richten wij ons nog wel tot God om iets te vragen? Geloven wij nog wel dat God zorg voor draagt voor zijn kinderen en dat Hij enkel wacht tot ze met vertrouwen tot Hem komen? Of zijn ze zo zelfgenoegzaam dat ze menen Hem niet nodig te hebben om al hun verlangens te voldoen, verlangens die soms zeer zelfzuchtig zijn en alleen op hun eigen materieel geluk gericht is. Laten wij met groot vertrouwen en met volharding tot God gaan om met dankbaarheid en in eenvoud zijn goede gaven te ontvangen. (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
30ste ZONDAG DOOR HET JAAR
Nederig gebed
EERSTE LEZING Sir., 35, 12-
Het woord van God in deze viering is heel speciaal tot ons gericht, gelovige mensen, en het betreft een belangrijk aspect van het gelovig leven, namelijk het gebed. Het gaat niet zozeer over de tekst van het gebed maar over de gezindheid van ons hart. We moeten weten Wie het is tot wie we ons richten. God, die Liefde is, barmhartig, vergevingsgezind, vol aandacht voor wie klein is en zwak. We gaan ons dus niet hoogmoedig opstellen, ons vergelijken met wie volgens ons minder gelovig, minder christelijk is. Dat is er mis aan het gebed van de Farizeeër: hij vindt zichzelf een hele meneer, zeker in vergelijking met de tollenaar, die niet altijd eerlijk was in zijn zaken. De eerste lezing heeft het over het gebed van de armen en verdrukten; hun gebed dringt door de wolken en bereikt het hart van God. “Die roepen in nood, naar hen luistert de Heer”, zo klonk de tussenzang. Paulus nodigt ons uit om te blijven vertrouwen op God, met liefde uit te zien naar de vervulling van onze hoop: de komst van de Heer Jezus. In eenvoud en nederigheid en met groot vertrouwen ons wenden tot God, dàt is de gezindheid waarmee we moeten bidden. (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
31ste ZONDAG DOOR HET JAAR
Gekomen om te redden wat verloren was
EERSTE LEZING Wijsh., 11, 23-
Het zou goed zijn wanneer wij ons vandaag wat zouden vereenzelvigen met Zacheüs, de tollenaar. Het was geen goede gelovige, het was geen eerlijk en menslievend mens. Maar toen kwam Jezus langs. En plots had Zacheüs zo’n voorgevoel dat Jezus iets kon betekenen voor zijn leven, waarover hijzelf niet tevreden was. Hij wou Jezus zien. Ook wij zijn misschien niet zo tevreden over de manier waarop we leven, misschien schamen we ons wel over een en ander. Misschien zijn we zoals Zacheüs. Maar geen nood. We schamen er ons niet voor om zoals Zacheüs in die vijgenboom te klimmen, of om zoals de tollenaar van vorige week ons klein te maken en voor de Heer te bekennen : “Heer, wees mij zondaar genadig.” En Jezus ziet ons zitten in die boom, ziet onze nederigheid en die past perfect bij de barmhartigheid van onze God. Jezus zegt ons ook vandaag, dat Hij ons wil ontmoeten, dat Hij bij ons te gast wil zijn. Hij zegt: “Ik ben gekomen om te zoeken en te redden wat verloren was." Laten we Jezus niet uit de weg gaan, maar laten wij ons door Hem vinden, want Hij is op zoek naar ons om ons te redden. (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
32ste ZONDAG DOOR HET JAAR
Een God van levenden
EERSTE LEZING 2 Makk., 7, 1-
De natuur begint wat te sterven, te rusten. Wij hebben de mensen herdacht die voor eeuwig zijn gaan rusten, rusten in de eeuwige vrede en vreugde van de Heer. Paulus schrijft aan zijn christenen van Tessalonika dat God ons eeuwige troost en blijde hoop heeft geschonken. Die christelijke hoop, die ook in ons moet leven is gebaseerd op het geloof in de verrijzenis van Jezus. Het geloof in een leven óver de dood heen is stilaan gegroeid in het oudtestamentische godsvolk; het verhaal van de moeder die getuige is van de marteldood van haar 7 zonen is daar een illustratie van. En op dat geloof in een leven óver de dood heen, zet Jezus zijn zegel, zijn handtekening. God is niet een God voor de tijd dat wij leven hier op aarde, Hij blijft onze God ook wanneer ons lichaam het leven niet meer dragen kan. Ook in het duister dat zich bij de dood over ons heen spreidt, blijft God ons trouw, straalt het licht van zijn eeuwige liefde over ons. Dat is de ‘eeuwige troost en blijde hoop’ die vandaag ons hart mag verwarmen. (Ben Van Vossel 2022)
Naar THUISPAGINA Naar INHOUD Naar PREKEN 2022
33ste ZONDAG DOOR HET JAAR
De dag van de Heer
EERSTE LEZING Mal., 3, 19-
De Dag van de Heer, zo noemen wij de Zondag, en bedoeld is dan de Dag van de Verrijzenis van onze Heer Jezus Christus. De Dag van de Heer, heeft in het Nieuw Testament nog een andere betekenis: het is de Dag waarop de Heer terugkomt om ons te beoordelen, de dag waarop we voor de Heer verschijnen, de Dag van de voleinding van ons leven en van het aardse bestaan. Het is niet goed dat wij onszelf van alles wijsmaken. Het Woord van God leert ons dat wij hier niet eeuwig rondlopen op aarde. uiteindelijk wordt ons leven beoordeeld door God en krijgen wij onze eeuwige bestemming. Gods oordeel is gekenmerkt door gerechtigheid én barmhartigheid. Dat die dag komt voor ieder van ons en voor allen, zo zegt Paulus, betekent niet dat we ons niet meer moeten toeleggen op ons werk, alsof de Heer morgen al komt; wie niet wil werken moet ook niet eten, zegt de apostel. Ooit was er een liedje van een franse pater, Aimé Duval, waarin deze zin stond: “ton ciel se fera sur terre avec tes bras”, je maakt je hemel nu op aarde met je handen, met de taak te vervullen die God je heeft toevertrouwd. Jezus heeft ons trouwens geen gemakkelijk leven voorgespiegeld; als christenen zullen we delen in het leven van Jezus zelf, ook in de last, vervolging zelfs, het lijden en de dood, maar ook in de verrijzenis. Voor ons komt het erop aan trouw te zijn, standvastig te zijn in ons vertrouwen op de nabijheid en de barmhartige liefde van de Heer. (Ben Van Vossel 2022)