GELOOF en LEVEN



 HOME

 INHOUD


   INHOUDSOVERZICHT       


DE BELOFTEN VAN CHRISTUS (1)  

Samengebracht door Ben Van Vossel

Bid voor ons, heilige Moeder Gods

Opdat we de beloften van Christus waardig worden

  

Het “angelus” ‘De Engel van de Heer heeft aan Maria geboodschapt…’, is een gebed dat in de kloosters, maar vroeger ook door leken, driemaal daags gebeden werd. Een kort en rijk gebed waar in een notendop het mysterie van de Menswording en de rol van Maria daarin, het lijden van de Heer en zijn verrijzenis en ook nog de hoop op de persoonlijke opstanding even vermeld worden. Een gebed van dankbaarheid, geloof en hoop.  Welnu, vóór het afsluitend gebed komt de korte aanroeping die hierboven al staat afgedrukt: “Bid voor ons, heilige Moeder Gods, opdat we de beloften van Christus waardig worden”. Eenvoudige woorden, maar waarbij we toch een paar korte vragen kunnen stellen:  Heeft Jezus beloften gedaan? Zo ja, aan wie? En over welke beloften gaat het dan?  

Daarover gaat dit artikel.

  

Deed Jezus beloften?

Jezus heeft inderdaad heel wat beloften gedaan. Uit de context in de Evangelies is het ook wel duidelijk tot wie die beloften gericht zijn. Sommige zijn immers algemeen, gericht tot ieder die in God gelooft, ofwel tot wie in Christus gelooft als de Beloofde Messias, de Redder, de Zoon van God.  Sommige beloften zijn gedaan aan een beperkte groep leerlingen, of aan een of ander persoonlijk.

We willen hier een aantal beloften van Jezus aan bod laten komen. Wellicht zijn ze ook tot u gericht; neem ze dan ook gelovig op in je hart en richt er uw leven naar.

  

Zaligsprekingen

De 'zaligsprekingen' bv. staan vol beloften, maar je moet ze trachten te verstaan volgens de manier van spreken van Jezus’ tijd. 'Zalig' betekent dat God zijn gedacht heeft over deze manier van leven en daardoor mag je ook in je hart vreugdevol zijn omwille van die belofte, zelfs al leef je nog midden moeilijke omstandigheden:  

+ Zalig de armen van geest (= mensen die op God durven vertrouwen, niet op eigen kracht, invloed, rijkdom),  

+ want aan hen behoort het Rijk der hemelen (= zij leven in Gods Rijk).  

+ Zalig de treurenden (= die spijt hebben over al het verkeerde in de wereld),  

+ want zij zullen getroost worden.

+ Zalig de zachtmoedigen (= niet de ‘harden’), want zij zullen het land bezitten (= zich geborgen weten in Gods liefde).  

+ Zalig die hongeren en dorsten naar de gerechtigheid (= dat in hun leven en in de wereld Gods verlangen zou gebeuren),  

+ want zij zullen verzadigd worden.  

+ Zalig de barmhartigen,  

+ want zij zullen barmhartigheid ondervinden.  

+ Zalig de zuiveren van hart (die alleen God dienen en er niet nog een hoop afgoden op nahouden),  

+ want zij zullen God zien.   

+ Zalig die vrede brengen,  

+ want zij zullen kinderen van God genoemd worden.   

+ Zalig die vervolgd worden om de gerechtigheid,  

+ want hun behoort het Rijk der hemelen.  

+ Zalig zijt gij, wanneer men u beschimpt, vervolgt en lasterlijk van allerlei kwaad beticht om Mijnentwil:  

+ Verheugt u en juicht, want ‘groot is uw loon in de hemel  + (Mt.5,1-12)

Vergiffenis schenken

Over het schenken van vergeving aan vijanden en mensen die ons iets in de weg legden heeft Jezus veel uitspraken gedaan en parabels verteld. Hier één korte uitspraak met een belangrijke belofte:

+ Als gij aan de mensen hun fouten vergeeft,  

+ zal uw hemelse Vader ook u vergeven  (Mt. 6,14)

Het Woord van de Schrift leren en beleven

+ Wie dus een van die voorschriften, zelfs het geringste, opheft  

+ en zo de mensen leert, zal de geringste geacht worden in het Rijk der hemelen,  

+ maar wie ze onderhoudt en leert zal groot geacht worden in het Rijk der hemelen.  (Mt. 5,19)

Goede werken

+ Als gij een aalmoes geeft, laat uw linkerhand dan niet weten, wat uw rechter doet,  

+ opdat uw aalmoes in het verborgene blijve  

+ en uw Vader, die in het verborgene ziet, zal het u  vergelden. (Mt. 6,3-4)

Als ge bidt  

+ Als gij bidt, ga dan in uw binnenkamer, sluit de deur achter u  

+ en bidt tot uw Vader die in het verborgene is  

+ en uw Vader die in het verborgene ziet, zal het u vergelden. (Mt. 6,6)

En als ge vast

+ Maar als gij vast …  vast voor uw Vader die in het verborgene is  + en uw Vader die in het verborgene ziet, zal het u vergelden. (Mt. 6,17 )

Op zoek naar het echte geluk?

+ Daarom zeg Ik u: Weest niet bezorgd voor uw leven,  

+ wat ge zult eten en wat ge zult drinken,  

+ en ook niet voor uw lichaam, wat ge zult aantrekken….  + Maar zoekt eerst het Koninkrijk en zijn gerechtigheid:  

+ dan zal dat alles u erbij gegeven worden. (Mt. 6,32-33)


Volhardend smeken

+ Vraagt en u zal gegeven worden; zoekt en ge zult vinden;  

+ klopt en er zal worden opengedaan. Want al wie vraagt, verkrijgt;  

+ wie zoekt, vindt en voor wie klopt, doet men open.  

+ Of is er wel iemand onder u die zijn zoon een steen zal geven  

+ als hij om brood vraagt? Of een slang wanneer hij vraagt om een vis?  

+ Als gij dus, ofschoon gij slecht zijt,  

+ goede gaven weet te geven aan uw kinderen,  

+ hoeveel te meer zal dan uw Vader die in de hemel is,  

+ het goede geven aan wie Hem daarom vragen. (Mt. 7,7-11)

De hoofdvoorwaarde: God boven alles stellen

+ Niet ieder die tot Mij zegt: Heer, Heer!  

+ zal binnengaan in het Koninkrijk der hemelen,  

+ maar hij die de wil doet van mijn Vader die in de hemel is. (Mt. 7,21 )

  

    NAAR INHOUD    NAAR TOP


DE BELOFTEN VAN CHRISTUS (2)  

Samengebracht door Ben Van Vossel

Bid voor ons, heilige Moeder Gods Opdat we de beloften van Christus waardig worden

  

Iedereen is genodigd

+ Ik zeg u, dat velen uit het oosten en het westen zullen komen  

+ en met Abraham en Isaak en Jakob zullen aanzitten in het Rijk der hemelen (Mt.  8,11)

Geloof beloond

+ En tot de honderdman sprak Jezus:

+ ‘Ga, zoals gij geloofd hebt, geschiede u.’ + En op datzelfde ogenblik werd de knecht gezond. (Mt.  8,13)  


Niet voor hoogmoedigen

+ Gaat heen en leert wat het zeggen wil:

+ “Ik wil liever barmhartigheid dan offers”. + Ik ben niet gekomen om rechtvaardigen te roepen, maar zondaars.’ (Mt.  9,13)  

Men zal u vervolgen maar IK zal u helpen  

+ Neemt u in acht voor de mensen.

zij zullen u overleveren aan de rechtbanken en u geselen in hun synagogen.

+ Gij zult voor stadhouders en koningen gebracht worden omwille van Mij,

 om zo ten overstaan van hen en de heidenen getuigenis af te leggen.  

+ Maakt u echter, wanneer men u overlevert  

niet bezorgd over het hoe of wat van uw spreken:  

op dat ogenblik zal u worden ingegeven wat gij moet zeggen.  

+ Want niet gij zijt het die spreekt,  

maar door u spreekt dan de Geest van uw Vader.  

+ De ene broer zal de andere overleveren om hem te laten doden,  

de vader zijn kind; de kinderen zullen opstaan tegen hun ouders  

en hen ter dood doen brengen.  

+ Ge zult een voorwerp van haat zijn voor allen omwille van mijn Naam.

Wie echter ten einde toe volhardt, hij zal gered worden. (MT. 10,17-22)

 

Gij zijt kostbaar voor God

+ Bij u echter is zelfs ieder haar van uw hoofd geteld.

+ Weest dus niet bevreesd; gij zijt toch meer waard dan een zwerm mussen. (MT.  10,30-31)

Trouw aan Christus betekent leven

+ Wie zijn leven vindt, zal het verliezen,

+ en wie zijn leven verliest om Mijnentwil zal het vinden. (Mt.  10,39)

Wie Jezus’ leerlingen  helpt wordt beloond

+ Wie u opneemt, neemt Mij op;  

+ en wie Mij opneemt, neemt Hem op die mij gezonden heeft.  

+ Wie een profeet opneemt, omdat het een profeet is,  

+ zal ook het loon van een profeet ontvangen;  

+ en wie een deugdzaam mens opneemt, omdat het een deugdzaam mens is,

+ zal ook het loon van een deugdzame ontvangen.  

+ En wie een van deze kleinen al was het maar een beker koud water geeft,  

+ omdat hij mijn leerling is,  

+ voorwaar, Ik zeg u: Zijn loon zal hem zeker niet ontgaan. (Mt.  10,40-42)

Niet beschaamd zijn over Jezus

+ Gelukkig is hij  

+ die aan Mij geen aanstoot neemt.  (Mt.  11,6)

Op Jezus bouwen

+ Voorwaar, Ik zeg u: Onder wie uit vrouwen geboren zijn,  

+ is niemand opgestaan die groter is dan Johannes de Doper.  

+ Niettemin is de kleinste in het Rijk der hemelen  

+ groter dan hij. (Mt.  11,11)

Je stevig inzetten voor het geloof

+ Van de dagen van Johannes de Doper tot nu toe  

+ breekt het Rijk der hemelen zich met geweld baan  

+ en geweldenaars maken het buit. (Mt.  11,12) … + Aan wie heeft, zal gegeven worden, en wel in overvloed;  

+ maar wie niet heeft, hem zal nog ontnomen worden, zelfs wat hij heeft. (Mt.  13,12)

Jezus is uw kracht

+ Komt allen tot Mij die uitgeput zijt en onder lasten gebukt,

+ en Ik zal u rust en verlichting schenken.  

+ Neemt mijn juk op uw schouders en leert van Mij:  

+ Ik ben zachtmoedig en nederig van hart;  

+ en gij zult rust vinden voor uw zielen,  

+ want mijn juk is zacht en mijn last is licht.’ (Mt. 11,28-30)

Tot Jezus’ familie behoren

+ En met een gebaar naar zijn leerlingen zei Hij:  

+ Ziedaar mijn moeder en mijn broeders;  

+ want mijn broeder, mijn zuster en mijn moeder zijn zij  

+ die de wil volbrengen van mijn Vader in de hemel. (Mt. 12,49-50)

  

 NAAR INHOUD    NAAR TOP  


DE BELOFTEN VAN CHRISTUS (3)

Samengebracht door Ben Van Vossel

“Bid voor ons, heilige Moeder Gods Opdat we de beloften van Christus waardig worden”

Leven volgens Gods verlangen

+ Zoals nu het onkruid wordt bijeengebracht en in het vuur verbrand,  

+ zo zal het ook gaan op het einde van de wereld.  

+ De Mensenzoon zal zijn engelen uitzenden  

+ en zij zullen uit zijn Rijk bijeenbrengen allen  

+ die tot zonde verleiden en ongerechtigheid bedrijven  

+ om hen in de vuuroven te werpen,  

+ waar geween zal zijn en tandengeknars.  

+ Dan zullen de rechtvaardigen in het Koninkrijk van hun Vader  

+ schitteren als de zon. (Mt. 13,40-43)

  

Vanuit een hart dat begrepen heeft

+ Daarom is iedere schriftgeleerde  

+ die onderwezen is in het Rijk der hemelen gelijk aan een huisvader  

+ die uit zijn schat nieuw en oud te voorschijn haalt. (Mt. 13,52)

  

Zegen over zijn kerkgemeenschap

+ Op mijn beurt zeg ik u: Gij zijt Petrus;  

+ en op deze steenrots zal Ik mijn Kerk bouwen  

+ en de poorten der hel zullen haar niet overweldigen.  

+ Ik zal u de sleutels geven van het Rijk der hemelen  

+ en wat gij zult binden op aarde,  

+ zal ook in de hemel gebonden zijn  

+ en wat gij zult ontbinden op aarde,  

+ zal ook in de hemel ontbonden zijn.’ (Mt. 16,18-19)    

Een voorspelling opdat ze hun geloof niet zouden verliezen

+ Van dat ogenblik af begon Jezus zijn leerlingen duidelijk te maken  

+ dat Hij naar Jeruzalem moest gaan;  

+ dat Hij daar veel zou moeten lijden van de oudsten,  

+ de hogepriesters en de schriftgeleerden,  

+ maar dat Hij na ter dood gebracht te zijn  

+ op de derde dag zou verrijzen. (Mt. 16,21)

  

Jezus op de eerste plaats!

+ Want wie zijn leven wil redden, zal het verliezen.  

+ Maar wie zijn leven verliest om Mijnentwil  

+ zal het vinden. (Mt. 16,25)

  

Ons leven heeft eeuwigheidswaarde

+ … de Mensenzoon zal komen in de heerlijkheid van zijn Vader,  + vergezeld van zijn engelen,  

+ en dan zal Hij ieder vergelden naar zijn daden. (Mt. 16,27)

  

Geloof verzet bergen

+ Voorwaar, Ik zeg u: wanneer gij een geloof bezit,  

+ ook al is dit klein als een mosterdzaadje,  

+ dan kunt ge tot deze berg zeggen:  

+ verplaats u van hier naar daar, en hij zal zich verplaatsen.  

+ Niets zal u onmogelijk zijn. (Mt. 17,20)

  

Eenvoudig vertrouwen op God

+ Als gij niet opnieuw wordt als de kleine kinderen,  

+ zult gij het Rijk der Hemelen zeker niet binnengaan.  

+ Wie dus zichzelf gering acht zoals dit kind  

+ is de grootste in het Rijk der hemelen. (Mt. 18,3-4)

  

Broederlijke vermaning als reddingsboei

+ Wanneer uw broeder gezondigd heeft,  

+ wijs hem dan onder vier ogen terecht.  

+ Luistert hij naar u,  

+ dan hebt gij uw broeder gewonnen. (Mt. 18,15)  

  

Met Jezus in uw midden

+ Wanneer twee van u eensgezind op aarde iets vragen  

+ - het moge zijn van het wil - zullen zij het verkrijgen  

+ van mijn Vader die in de hemel is.  

+ Want waar er twee of drie verenigd zijn in mijn Naam,  

+ daar ben Ik in hun midden.’  (Mt. 18,19-20)    

Een negatieve belofte

+ En in toorn ontstoken leverde zijn heer hem over aan de beulen,  

+ totdat hij zijn hele schuld betaald zou hebben.  

+ Zo zal ook mijn hemelse Vader met ieder van u handelen,  

+ die niet zijn broeder van harte vergiffenis schenkt.’ (Mt. 18,34-35)    

Kinderen weten wat vertrouwvolle overgave is

+ Laat die kinderen toch begaan en verhindert ze niet bij Mij te komen.  

+ Want aan hen die zijn zoals zij, behoort het Rijk der hemelen.’  + En nadat Hij hun de handen had opgelegd,  

+ vertrok Hij vandaar. (Mt. 19,14-15)  

  

Als gij het Leven wilt binnengaan,

+ Als gij het Leven wilt binnengaan, onderhoud dan de geboden.’  + ‘Welke?’ vroeg hij. Jezus antwoordde: ‘De bekende:  + Gij zult niet doden, gij zult geen echtbreuk plegen,  

+ gij zult niet stelen, gij zult niet vals getuigen,   

+ eer uw vader en uw moeder  

+ en gij zult uw naaste beminnen als uzelf.’ (Mt. 19,17b-19)   

Onthecht leven

+ Wilt ge volmaakt zijn, ga dan naar huis,  

+ verkoop wat ge bezit en geef het aan de armen;

+ daarmee zult ge een schat in de hemel bezitten.

+ En kom dan terug om Mij te volgen. (Mt. 19,21)

  

Gods Rijk = vertrouwen op God

+ Nu sprak Jezus tot zijn leerlingen:  

+ Voorwaar, Ik zeg u: voor een rijke is het moeilijk  

+ het Rijk der hemelen binnen te gaan.  

+ Nog sterker: voor een kameel is het gemakkelijker  

+ door het oog van een naald te gaan

+ dan voor een rijke in het Koninkrijk Gods te komen.’ (Mt. 19,23-24)    

  

  NAAR INHOUD    NAAR TOP